Plek

door Oscar van den Boogaard

‘Rechts van de Duimpoort (het straatje naar de IJssel) bevond zich een van de beroemde koekbakkerijen, waarvan de reclamespreuk nog op de gevel te zien is. Nu wordt de bovenverdieping bewoond door de vader van Oscar van den Boogaard.’ Aldus het boekje Literaire wandeling door Deventer. Mijn vader beweert dat er af en toe groepjes mensen voor de koekbakkerij stil blijven staan en opkijken naar zijn vensters. Misschien zijn het literaire wandelaars.
Een paar keer per jaar bezoek ik mijn vader. Wij nemen het pontje naar het IJsselhotel. Vandaar wandelen wij stroomafwaarts tot voorbij de spoorbrug. Vanaf ons bankje turen wij naar de bizons, de koningspaarden, de reigers, de rivier en onze stad. Eind zestiger jaren kwamen wij hier aan. Rechtstreeks uit Paramaribo. Mijn ouders moesten eerst op de kaart kijken waar de stad precies lag.
De bedoeling was dat wij hier een paar jaar zouden blijven.
Wij sluiten onze wandeling af met een biertje op een van de terrassen onder de Lebuïnustoren. Daarna keren wij huiswaarts. Terwijl mijn vader kookt, tuur ik naar buiten. Het is alsof het draaien van de Bolwerkersmolen de rivier doet stromen, het pontje doet varen, de vlaggetjes doet wapperen. Ik steek mijn wijsvinger tussen de wieken en alles staat stil.
Op het eind van de avond ga ik naar boven. In de nok van de koekbakkerij staat mijn bed gereed. Achter de kleine vensters stroomt de IJssel verder, richting verleden, toekomst, slaap.

Uit: De sprong over de IJssel van J. Heymans 
Foto: F. Helfrich